Wat zijn de 3 bewegingsvlakken in het lichaam?
Elke oefening die in de sportschool wordt uitgevoerd, kan worden gerelateerd aan bewegingen die we allemaal in het echte leven doen. We duwen, trekken, buigen, strekken, hurken, uitvallen, buigen en draaien, elke dag opnieuw.
De drie bewegingsvlakken zijn de sagittale, frontale (of coronale) en transversale vlakken.
- Frontaal (frontal plane of coronaal vlak): snijdt het lichaam in voor- en achterhelften. Zijwaartse bewegingen.
- Sagittaal vlak (sagittal plane): snijdt het lichaam in linker- en rechterhelften. Voorwaartse en achterwaartse bewegingen.
- Transversaal vlak (transverse plane): snijdt het lichaam in de bovenste en onderste helften. Draaiende bewegingen.
De meeste oefeningen zijn overwegend in één vlak meer dan de andere. Stel je elk vlak voor als een glasplaat die het lichaam in voor/achter (sagittaal), links/rechts (frontaal) of boven/onder (dwars) helften snijdt. Stel je vervolgens voor dat elk van die platen een spoor is waarop het lichaam zich voortbeweegt, zoals een monorail. Als een beweging voornamelijk langs de ene plaat over de andere lijkt te gaan, kan deze worden geclassificeerd als overwegend in dat bewegingsvlak.