Wat houdt ondervoeding in?
Ondervoeding treedt op bij personen of dieren met een tekort aan essentiële voedingsstoffen of/en een tekort aan joules en voedingsstoffen. Dat is niet goed voor het lichaam. Bij ondervoeding krijg je te weinig energie en voedingsstoffen binnen, wat leidt tot ongewenst gewichtsverlies en een slechter functioneren van het lichaam en zorgt ervoor dat iemand verzwakt.
De European Society for Clinical Nutrition and Metabolism (ESPEN) omschrijft ondervoeding als ‘een acute of chronische toestand waarbij een tekort of disbalans van energie, eiwit en andere voedingsstoffen leidt tot meetbare, nadelige effecten op lichaamssamenstelling, functioneren en klinische resultaten’.
Ook als je een gezond gewicht hebt of te zwaar bent kun je al ondervoed zijn, als door onvoldoende voeding vet- en spierweefsel worden afgebroken. Ondervoeding ontstaat vaak heel geleidelijk omdat iemand minder eet dan het lichaam nodig heeft of omdat voedingsstoffen minder goed opgenomen worden. Ondervoeding komt vooral voor bij ziekte en bij mensen op leeftijd. Bij deze groep leidt onvoldoende inname van voedsel, ziekte, maar ook inactiviteit tot een afname in spiermassa.
Voedsel is noodzakelijk voor de instandhouding van het lichaam en levert energie voor het verrichten van arbeid. Dit tekort aan voedingsstoffen kan optreden wanneer er minder wordt gegeten dan men gewend is. Ondervoeding kan ook optreden bij een tekort aan essentiële proteïnes, vitamines en mineralen, dit kan tot ernstige gezondheidsproblemen leiden.
Het lichaam gebruikt dan reservevoorraden in vet- en spierweefsel. Zo worden vet en spieren afgebroken. Vooral de afbraak van spieren is nadelig. Dit kan tot gevolg hebben dat je meer belemmeringen ervaart bij dagelijkse activiteiten. Ook vergroot ondervoeding de kans op vallen. Daarnaast neemt de weerstand af, waardoor er een grotere kans is op (complicaties bij) ziekte en ook het herstel na een ziekte of operatie en wondgenezing duurt langer.
Bij ondervoeding kan onderscheid gemaakt worden in ondervoeding als gevolg van ziekte (bijvoorbeeld kanker, COPD, CVA, dementie) en ondervoeding zonder ziekte (bijvoorbeeld door verminderde eetlust, eenzaamheid of verminderde mobiliteit) (2, 3). Ouderen blijken zich zelf vaak
niet bewust te zijn van ondervoeding en/of hebben weinig kennis over ondervoeding (“ondervoeding is iets uit de oorlog of uit ontwikkelingslanden”)
Bij acute ondervoeding wordt vooral gewichtsverlies gezien dat optreedt door een veranderd metabolisme en verminderde voedselinname, of -opname in een periode van ziekte. Bij chronische ondervoeding blijft zowel het gewicht naar leeftijd als de lengte naar leeftijd achter, maar is gewicht naar lengte normaal.
Ondervoeding kan lijden tot een aantal belangrijke complicaties: Verhoogd risico op infecties en een verminderde immuniteit. Slechtere wondgenezing en trager herstel bij ziekte. Ook heeft ondervoeding invloed op de mentale ontwikkeling. Studies hebben aangetoond dat chronisch ondervoede kinderen minder ontwikkelde hersenen hebben, waardoor ze slechter presteren op school en in hun latere (werkzame) leven.
Ondervoeding kan voorkomen of behandeld worden door meer energie- en eiwitrijke producten te gebruiken en door te blijven bewegen indien mogelijk. Het is meestal niet zo gemakkelijk om zelf weer voldoende en gezond te gaan eten. Neem daarom contact op met je huisarts. Samen maken jullie dan een behandelplan of je wordt verwezen naar een diëtist.
Is voeding mijn beste medicijn? Wat wordt bedoeld met palliatieve zorg? Is biologische voeding gezonder? Van welke voeding krijg je energie? Hoe belangrijk is voeding rondom de krachttraining? Welke voeding is goed voor je longen? Wat is een gevarieerd voedingspatroon? Hoe bouw ik snel mijn conditie weer op? Hoe snel raak je je conditie kwijt? Komt ouderdom met gebreken? Wat is uithoudingsvermogen? Wat gebeurt er met je lichaam als je stopt met kracht training? Hoeveel eiwitten heb ik nodig voor spieropbouw?